Iedere klas heeft een docent die voor deze groep mentor is. De mentor is voor leerling en ouders/ verzorgers het eerste aanspreekpunt. Met de mentor worden alle zaken besproken die voor de schoolgang van de leerling van belang zijn of waarvan de ouders/ verzorgers of de leerling het belangrijk vinden dat wij het weten. Zaken die betrekking hebben op een vak, bespreekt de leerling bij voorkeur met de docent/ begeleider, maar de leerling kan ook terecht bij de mentor. Soms zijn er zaken die niet met de docent of de mentor opgelost kunnen worden, dan kan een beroep worden gedaan op de (ondersteunings-)coördinator of de directie.
Om tot een weloverwogen keuze te komen voor een vakkenpakket of een vervolgopleiding, worden de leerlingen begeleid door een decaan. De begeleiding vindt niet alleen plaats in het eindexamenjaar, maar tijdens de gehele loopbaan van de leerlingen. De decanen zijn een vraagbaak voor leerlingen en docenten over de keuzes die leerlingen kunnen maken voor de toekomst. De decanen coördineren de arbeidsoriëntatie in het derde leerjaar en zijn de contactpersoon met betrekking tot de vervolgopleidingen. Ook informeren de decanen over de data van voorlichtingsbijeenkomsten van vervolgopleidingen.